In de vorige bulletins ging het over vertrouwelijkheid als meer dan een morele plicht, over het starten met context en processen, over het Register van verwerkingen dat grotendeels al klaarstaat en over het risicoprofiel dat al berekend is. Wat is dan de volgende stap? Niet nóg een document, maar gedrag. Wat doen mensen morgen anders aan de balie, aan de telefoon of in het HIS? Daarvoor is er de KNMG-geaccrediteerde bewustwordingstraining, die de AVG van papier naar praktijk brengt.
Waarom helpt training hierbij? Omdat de AVG niet alleen technische maatregelen vraagt, maar vooral ook organisatie en aantoonbaarheid. Patiënten verwachten dat hun gegevens vanzelfsprekend veilig zijn. Dat vertrouwen ontstaat pas als een team dezelfde taal spreekt over doelbinding, dataminimalisatie en bewaartermijnen. Als incidenten meteen worden herkend en opgepakt. En als duidelijk is wat wel en niet in een medisch dossier thuishoort. Zo vormen contextanalyse, Register en risicobeoordeling geen losse onderdelen meer, maar samenhangende bouwstenen die door training echt in het dagelijks werk landen.
Hoe ziet dat eruit? Medewerkers oefenen met herkenbare situaties uit de praktijk. Ze leren hoe je duidelijk communiceert over de rechten van patiënten en wie welke stappen zet. Ze zien het verschil tussen noodzakelijke dossiervorming en onnodige details, herkennen een datalek en weten wanneer melding aan de Autoriteit Persoonsgegevens binnen 72 uur verplicht is en wanneer ook patiënten moeten worden geïnformeerd. Digitale hygiëne krijgt een concrete plek, met een werkbaar wachtwoordbeleid, verstandig gebruik van tweestapsverificatie en veilig berichtenverkeer. Ook afspraken met de apotheek, de POH-GGZ of de huisartsenpost worden tastbaar: verwerkersovereenkomsten blijken zo geen papierwerk maar praktisch houvast.
Wat levert dat op? De training sluit aan op wat al is opgebouwd: context, Register en risicobeoordeling. Het effect is direct merkbaar. Er is minder twijfel aan de balie, verzoeken worden sneller en eenduidig afgehandeld, incidenten door menselijke vergissingen nemen af en toetsresultaten zijn eenvoudig te tonen bij audits. Zo wordt naleving voorspelbaar en werkbaar, zonder eindeloze discussies over wat wel en niet mag. Training ondersteunt naleving, maar vervangt beleid en procedures niet.
Hoe past dit in het dagelijkse werk? De modules zijn compact, sluiten aan bij de eerstelijn en laten zich plannen rond spreekuren en overleg. Omdat de training KNMG-geaccrediteerd is, sluit hij vanzelf aan bij de bestaande scholingspraktijk en hoeft er niets extra’s te worden georganiseerd.
We houden het praktisch: compacte modules die passen rond spreekuren en overlegmomenten, met herkenbare huisartsencasuïstiek. Elke module sluit af met een korte toets. Zo ontstaat aantoonbaarheid zonder een nieuwe administratielast op te tuigen: presentielijsten en toetsresultaten sluiten rechtstreeks aan op wat u al heeft. Het doel is niet “geen administratie”, maar alleen dié registraties die noodzakelijk en proportioneel zijn voor naleving en audit.
In het volgende bulletin laten we zien hoe u de stap zet van een afgeronde training naar bestendig, aantoonbaar gedrag. We concretiseren PDCA in de praktijk: u evalueert periodiek deelname en toetsresultaten, actualiseert werkafspraken en plant herhaling waar de risico’s daarom vragen. Zo bouwt u aan bewijsvoering die voldoende is, maar niet zwaarder dan nodig — richting intern toezicht en ketenpartners. Dat geeft rust in het dagelijks werk en maakt u audit-gereed zonder onnodige ballast.

